Onder ‘Verleden in beeld’ op deze website wordt Rietveld 11 genoemd als oudste woning van het vaardorp. Beschreven is hoe Jan en Appolonia van Meurs hier in 1880 hun intrek namen en vervolgens een loodzwaar leven hadden. De kleine Han werd hier geboren en zou later stichter worden van Klein Giethoorn. Maar het verhaal van Rietveld 11 gaat verder. Ook de geschiedenis van de volgende bewoners van het huis is beschreven. En omdat het een bijzonder verhaal is plaatsen we het in de blog.

Piet Stolwijk – uit Reeuwijk afkomstig – en zijn vrouw Maria kwamen hier te wonen in of rond 1915. Aanvankelijk lijkt alles voor de wind te gaan. Hoewel de verdiensten niet groot waren kon het gezin leven van de eigen boomkwekerij, niet ver van de woning. En er werden 2 kinderen geboren, Arie en Antoon. Toch slaat ook in dit gezin het noodlot toe: Piet Stolwijk sterft op 37-jarige leeftijd aan een hartaanval. Vanaf dat moment staat Maria er alleen voor met haar kleine jongens van 7 en 4 jaar. Inkomsten waren er vanaf dat moment nauwelijks meer.

Heel veel later en weer op bezoek in zijn ouderlijk huis vertelde Antoon de dood van zijn vader destijds als traumatisch te hebben ervaren. Vooral de dag van de begrafenis. Hoe zijn vader in de doodskist op de schouw naar het dorp weggevoerd werd en hij in de verte de doodsklokken hoorde luiden….

Het onvolledige gezin kon te nauwer nood  overleven. Uiteindelijk kwam er hulp. Zwager Kees Stolwijk die vrijgezel was, kwam na enkele jaren bij Maria en haar kinderen inwonen om te proberen “het armzalige gedoetje voor de totale ondergang te behoeden” zoals Antoon dit  later zou zeggen. Vijf jaar na het overlijden van zijn broer zou Kees vervolgens trouwen met Maria. Uit dit gezin werd één kind geboren: Piet Stolwijk.

Deze oude foto van Rietveld 11 ”hing altijd aan de schoorsteen bij oma”.

Maar de geschiedenis herhaalde zich: Ook echtgenoot Kees kwam te overlijden aan hartproblemen en opnieuw stond Maria er alleen voor. Hun zoon Piet was toen 11 jaar. Omdat de 2 andere kinderen inmiddels begin 20 waren en werkzaam in de boomkwekerij leidde het deze keer echter niet tot broodnood. 

De twee oudste zoons trouwden en vertrokken uiteindelijk uit het ouderlijk huis. Piet, die een stuk jonger was, bleef in het Rietveld bij zijn moeder wonen, ook nadat hij in 1955 getrouwd was. Voor hem en zijn vrouw Bep werd Rietveld 11 uitgebreid met een houten aanbouw.

De kinderen van Antoon gingen vaak op bezoek bij hun oma. Zij gingen dan vanaf de tuin in de Loete met ome Piet mee achterop de brommer. Via het pad van Van Dorp werd gereden naar het Rietveld en vandaar geroeid naar het huis van oma. Oma Maria was ondanks alle tegenslagen een evenwichtig en lief mens gebleven.

Cees Stolwijk, de derde zoon van Antoon, beschrijft in een familiedocument de sfeer die zij in het Rietveld aantroffen als volgt: De kleinkinderen die regelmatig kwamen logeren, kreeg alle aandacht van oma. We speelden er ganzenborden en mens erger je niet. Op zolder werd geslapen of men lag naast oma in de bedstee. ‘s Morgens werd je wakker van het geluid van de piepende roeiboten. Al heel vroeg vervoerden de boeren hun melkbussen en de tuinders gingen naar hun werk. Ook de koerende duiven was een geluid dat nog steeds bij ons naar boven komt als we terugdenken aan het logeren in het Rietveld. Het wassen in de ochtend en avond gebeurde in het boenhok van waaruit je bij het slootwater kon komen. De vissen zag je in het heldere en schone water zwemmen.  

In 1960 vertrok de familie. Oma Maria ging inwonen bij haar zoon Piet in de Loete waar hij een huis had laten bouwen. Hij en Antoon hadden daar elk een kwekerij.  Arie verwierf een boomkwekerij aan het Rietveld en zou eerst enige tijd wonen in het zomerhuis van de Anne-hoeve, toen op het adres Rietveld 8.

Met dank aan Cees Stolwijk. Hij heeft een mooie en uitgebreide kroniek gemaakt van zijn familie.

Op de foto: Oma Stolwijk met 9 van haar kleinkinderen. Zij zou er uiteindelijk 14 krijgen.